In de folder van Monumentendag 1987 staat bij de kerk van Ellecom vermeld: ”Een trots bezit vormen de statenbijbels uit 1686 en 1736, die op de kansellezenaar en de Avondmaalstafel liggen.” Dertien jaar later wordt één van de bijbels gestolen uit de kerk. Sindsdien ligt de overgebleven bijbel in de kluis en wordt alleen tijdens de diensten op een lezenaar gelegd. Van de gestolen bijbel is één van de koperen sloten in de kerk achtergebleven. Gelukkig is de oudste bijbel bewaard gebleven. Het is een prachtige bijbel in leren band met koperen beslagen in de vorm van opengewerkte ojiefvormen( volgens de beschrijving van de Stichting Kerkelijk Kunstbezit in 1983) en getorste zuilen als klampen, zie foto hieronder. Het is een uitgave van Hendrick en Jacob Keur te Dordrecht en Marcus Doornick te Amsterdam uit 1686. De leren band is blind gestempeld met in het midden een arabeskmotief. De bijbel meet 40cm bij 24cm.
Op de eerste pagina van de bijbel staat de volgende tekst:
dat is De gantsche H.Schrifture, vervattende alle de Canonijcke Boecken des Ouden en des Nieuwen TESTAMENTS. Door last der Hoogmogende Heeren
van de Vereenighde Nederlanden en volgens het Besluyt van de Synode Nationael, gehouden tot Dordrecht in de jaren 1618 ende 1619.
Uyt de Oorspronckelijke talen in onze Nederlandsche tale getrouwelick overgezet.
Met nieuwe bijgevoegde verklaringen op de duystere plaatsen, aantekeningen van de gelijckluidende texten ende nieuwe registers over beide de testamenten.
Ende door gemeene ordre der Nederlandsche kercken verbetert van Druckfouten en misstellingen, die in den eerste druck gevonde werden.
Duidelijk blijkt uit deze tekst dat de Staten Generaal de opdracht voor de vertaling heeft gegeven en het geheel heeft gefinancierd. Daaruit is de naam Statenvertaling en Statenbijbel ontstaan. De oorspronkelijk talen waren Hebreeuws, Aramees en Grieks. Uit de laatste zin blijkt dat deze bijbel een tweede druk is, de eerste is gedrukt in 1637.
De gestolen bijbel dateerde uit 1736, was gedrukt bij Pieter en Jacob Keur te Dordrecht. Hij was iets kleiner, namelijk 34 bij 22 cm, eveneens van leer met hetzelfde koper beslag als de andere bijbel. De leren band was ook blind gestempeld, maar met geometrische motieven en rank-, en bladwerk. In deze bijbel waren” geteekent en uijtgegeven” topografische platen. Een ingeplakt getypt briefje vermeldde de volgende tekst: “Geschonken aan de Ned.Herv.Kerk van Ellecom , door mevrouw H.M.Wefers Bettink-Brouwer, Januari 1958. Vroegere eigenaar was haar mans oudoom, Ds.N. Osti, Hervormd predikant te Warmond(Geboren 6-12-1814, verleden 30-1-1891)”.
In 1983 liggen er nog vijf kleine statenbijbels in de Gravenbank. Twee daarvan liggen nu in de vitrine. Ze hebben een leren band met onversierd koper beslag. Op de rug van de bijbel is in goud gestempeld: ”KERK TE ELLECOM”. De maat is 22 bij 13 cm, de dikte is 10 cm en het gewicht 2,3 kg. Ze zijn gedrukt bij Johan Enschedé en zonen te Haarlem in 1852 en in 1862. Deze vijf zijn de laatste van tientallen bijbels die in de kerk lagen, onbekend is tot wanneer. Ze werden gebruikt om de lezingen uit de bijbel te kunnen meelezen, maar ook om te zingen. Behalve de Statenvertaling van het Oude en Nieuwe Testament staan de 150 psalmen erin, benevens enkelen gezangen, zoals de lofzang van Maria, van Simeon en van Zacharias. Verder 192 evangelische gezangen en een vervolgbundel met nog eens 82 specifieke gezangen voor bijvoorbeeld het Avondmaal of oudejaarsavond. Al die gezangen en psalmen staan met muzieknoten afgedrukt, maar met hele noten. Dat wil zeggen dat er nergens ritmisch gezongen werd. Achterin staat dan nog in 129 vragen de “Catechismus of onderwijzing in de christelijke leer, die in de Nederlands Hervormde kerken en scholen geleerd wordt “. En in 37 artikelen de “ Belijdenis des Geloofs van de Hervormde Kerken in Nederland”. Een lijvig werk, waar veel in te vinden was.